Wie is Bavo De Cuyper?

Heb je favoriete taken?
“Wat ik het allerliefst doe is melken en het geven van de wekelijkse ‘pedicure’, zoals wij dat zeggen. Ik vind het geweldig als een koe na de klauwbehandeling beter stapt of een beter gevormde klauw heeft. Dan word ik gelukkig.
Melken doen we in een carrousel die 21 jaar oud is. Hij heeft zijn beste dagen gehad, maar we kennen de machine en zijn gebreken door en door. Ondanks dat het melken vertrouwd aanvoelt, is stilaan de tijd gekomen om een ander melksysteem te overwegen.”
Op welke uitdagingen stoot je wel eens?
“Naast de typische uitdagingen van onze sector vandaag, vind ik het heel moeilijk om een goede balans te vinden tussen werk en privé. We hebben één zoon en twee dochters die genoeg aandacht verdienen. We verwachten dat zij regelmatig meehelpen op het bedrijf, maar ook op andere momenten wil ik er voor hen zijn.
Als kind heb ik onnoemelijk veel uren tv gekeken terwijl mijn ouders aan het werken waren. Later besefte ik dat wij veel meer tijd samen hadden kunnen doorbrengen als er een betere tijdsverdeling was. Dat wil ik anders doen bij mijn kinderen.
Soms is dat echt een gevecht, en dan is het heel confronterend als dat niet lukt. Het lijkt evident om nog snel een koe te insemineren, of kalfjes te strooien. Dat zal zijn rendement hebben, maar soms moet je dat kunnen loslaten.
Ik denk wel dat de kinderen beseffen dat ik mijn best doe, maar het kan nog beter.”
Is die balans vinden een uitdaging voor de hele sector, denk je?
“Ik denk vooral dat we als boer meer vrije tijd moeten durven nemen. Ik kan me niet voorstellen dat veel boeren hobby’s hebben. Ik ben op dat vlak een atypische boer, want ik ga nog sporten en ik probeer regelmatig af te spreken met vrienden. Ik heb ook graag vrienden die buiten de sector staan, zodat ik eens over iets anders kan praten dan over het stikstofbeleid of hoe de maïs erbij staat. Dat geeft mij rust. Anderzijds ben ik bij die mensen ook de vaandeldrager voor de landbouw.”
Wil je nog iets meegeven aan jouw collega’s?
“Ik vind dat wij allemaal heel trots mogen zijn op wat we doen. Natuurlijk zijn we met z’n allen fier om boer te zijn, maar we mogen nog meer beseffen dat we bergen belangrijk werk verzetten. Dat mag ook wel eens gezegd worden.”