Boeren maaien nog vooraleer het gras pollen kan vormen
In een recent verschenen studie van de KU Leuven in samenwerking met UAntwerpen en Sciensano wordt bemesting genoemd als de oorzaak voor meer hooikoorts omdat de grassen er meer stuifmeel produceren dan in onbemeste graslanden. In de praktijk wordt bemest grasland gemaaid nog voor het gras pollen maakt.
Volgens een theoretische studie zou bemest grasland met veel stikstof verhoogde allergische reacties aantonen. De onderzoekers vergeleken de pollenproductie van onbemeste, halfnatuurlijke graslanden met productiegraslanden tussen de tweede en de vierde week van mei. Dit geeft een vertekend beeld en houdt geen rekening met de werkelijke landbouwpraktijk.
Landbouwers bemesten hun grasland om een kwaliteitsvol grasland te kunnen oogsten als voordroog of via begrazing. De eerste snede geeft het meeste opbrengst én het hoogste eiwitgehalte. Boeren hebben belang bij een zo hoog mogelijke voederwaarde en eiwitinhoud. Wanneer de maaidatum uitgesteld wordt, verlaagt het eiwitgehalte en neemt het ruwe celstofgehalte toe.
In de praktijk wordt er al vroeg op het seizoen gemaaid of begraasd, nog voor de grassen in bloei komen
In de praktijk wordt er daardoor al vroeg op het seizoen gemaaid of begraasd, nog voor de grassen in bloei komen en dus pollen kunnen vormen en verspreiden. Op dat ogenblik is de kwaliteit van het bladrijke gras op zijn hoogtepunt.
Dit is een theoretische studie die volgens een wetenschappelijk onderbouwde methodiek in kunstmatige omstandigheden gebeurd is. Die trekken we ook niet in twijfel. Maar in de praktijk doet deze situatie zich niet voor op het terrein omdat onze boeren maaien voordat het gras in bloei komt. Onze boeren hebben alle belang bij zo’n hoog mogelijke voederwaarde en eiwitinhoud. Daarom wordt er tijdig gemaaid of begraasd, nog voor het gras bloeit en dus pollen verspreidt.
We zijn voorstanders van wetenschappelijke studies, maar vragen dat die ook rekening houden met alle gangbare praktijken.