PFAS: zowel uitdagingen als oplossingen
Sinds 2021 is PFAS niet meer weg te denken uit de actualiteit, een gevolg van de hoge gemeten PFAS-waarden nabij de Oosterweelwerken. Ook vanuit landbouwoogpunt is er (potentiële) impact. In het bijzonder bedrijven die binnen de perimeter van (de vervuiling) van de 3M-fabriek in Zwijndrecht liggen, ondervinden rechtstreekse gevolgen. Maar ook voor andere bedrijven die in of in de nabijheid van vervuilde sites liggen, is de verdere opvolging belangrijk. Tijd voor een actuele stand van zaken en om te kijken naar een aantal potentiële mogelijkheden.
Wat zijn PFAS ook alweer?
PFAS is een verzamelnaam voor meer dan 6000 chemische stoffen (een combinatie van fluorverbindingen en alkylgroepen) die niet van nature voorkomen. PFAS worden gebruikt in erg veel toepassingen omdat deze stoffen bestand zijn tegen hoge temperaturen en water-, vuil- en vetafstotend. Denk bijvoorbeeld aan een anti-aanbaklaag in pannen, waterwerende kleding, pizzadozen, cosmetica, post-its of brandblusschuim.
PFAS horen tot de zogenaamde eeuwige chemicaliën omdat ze (bijna niet) afbreekbaar zijn in de natuur. Sinds 2006 verplicht de EU de afbouw van het gebruik van deze stoffen. Alleen wanneer er nog geen alternatief beschikbaar is, kan gebruik nog.
Waarom hoorden we er voor 2021 nooit van?
Wegens zijn kwalitatieve eigenschappen kende PFAS vele toepassingen in heel diverse sectoren. In de loop der jaren stelde men meer en meer vast dat PFAS-verbindingen moeilijk tot niet afbreekbaar zijn, daarom lang in het milieu blijven en dat er potentieel een aantal gezondheidsrisico’s waren. In enkele jaren werden de normen duizend keer strenger. Locaties waar de aanwezigheid van PFAS jarenlang geen probleem was, werden op basis van de nieuwe normen plotseling prioritair te saneren sites.
Impact op de landbouw
Zeker in de nabijheid van de 3M-fabriek ondervinden een aantal landbouwers de directe impact van de PFAS-vervuiling. Het meest bekende voorbeeld daarvan zijn de no regret-maatregelen die in acht moeten worden genomen: voorzorgsmaatregelen die een impact hebben op de dagelijkse bedrijfsvoering.
Hoever staat het met de saneringen?
Vandaag zitten we nog vaak in de onderzoeksfases naar de meest performante en betaalbare wijze van saneren. De sanering gebeurt meestal op een klassieke manier met het afgraven van de bovenste bodemlaag en pyrolyse (verbranding). Maar men zoekt ook naar nieuwe saneringsmethodes, onder andere door het inzetten van planten, de zogenaamde fytoremediatie.
Wat is fytoremediatie?
Via hennep PFAS uit de bodem halen, is een vorm van fytoremediatie. Fytoremediatie is niet nieuw. Het wordt elders in de wereld al verschillende decennia ingezet. De meeste toepassingen vandaag focussen op oliegerelateerde producten of op zware metalen. Het is telkens een specifieke plant die een bepaalde stof kan saneren.
Met fytoremediatie worden verschillende afbraakprocessen bedoeld die planten of organismes kunnen inzetten. Soms neemt de plant stoffen op, soms evaporeert de plant de stoffen en soms worden er extra micro-organismes (die invloed hebben op het wortelstelsel) toegevoegd om het proces op gang te brengen of aan de gang te houden.
Het onderzoek op dat vlak staat niet stil. Zo onderzoekt men momenteel of bepaalde organismes ervoor kunnen zorgen dat de PFAS niet wordt opgenomen door bijvoorbeeld mais of grasteelten.
Overigens zijn nog lang niet alle potentieel vervuilde sites in kaart gebracht. Op basis van een eerste analyse is gekeken naar zo’n 4000 potentieel vervuilde sites. Die worden stelselmatig verder onderzocht. De focus ligt nu vooral op brandweersites, gezien het brandblusschuim dat jarenlang gebruikt werd, PFAS bevatte.. Deze stoffen zijn zowel in de bodem als in het grondwater terechtgekomen. Zo’n sanering komt er niet van vandaag op morgen en moet een heel traject te volgen. Eerst is er een oriënterend bodemonderzoek waarin wordt gescreend of er vervuiling is. Wanneer dat zo is, wordt een beschrijvend bodemonderzoek (BBO) uitgevoerd. In zo’n BBO worden de aard en omvang van de vervuiling in kaart gebracht, kijkt men naar de risico’s van de vervuiling (op mens, milieu, gezondheid …) en wordt beslist of sanering al dan niet noodzakelijk is.
Als dat het geval blijkt te zijn, maakt men een bodemsaneringsproject op waarin beschreven staat hoe de sanering zal worden aangepakt. Er kan een globaal bodemsaneringsproject komen, maar zo’n plan kan ook thematisch worden benaderd. Voor de 3M-site werd een bodemsaneringsproject specifiek voor landbouw(zones) opgemaakt. Het eerste project werd onlangs aan OVAM bezorgd voor goedkeuring. Volgens het principe ‘de vervuiler betaalt’ moet 3M alle saneringskosten dragen voor de zone rond de 3M-fabriek.
Sectorfonds voor sanering van PFAS-sites
Waar het voor de omgeving van de 3M-fabriek duidelijk is dat de producent van het product verantwoordelijk is voor de vervuiling, is die verantwoordelijkheid voor andere sites vaak minder evident vast te stellen. Soms gaat het ook om zogenaamde historische vervuiling: vervuiling door een bedrijf dat niet meer bestaat of geen rechtsopvolgers meer heeft. Omdat het onbillijk zou zijn dat de nieuwe eigenaar van de grond zou opdraaien voor de saneringskosten, voert OVAM dergelijke saneringen ambtshalve uit en betaalt de overheid de kosten.
Voor bijvoorbeeld brandweersites is er sprake van een gedeelde verantwoordelijkheid. Enerzijds voor de producent van het blusschuim, met die moeilijkheid dat er verschillende producenten zijn en dat het moeilijk toe te wijzen is welk schuim, wanneer, waar is gebruikt. Anderzijds is er ook de brandweer zelf, die – omdat brandweerlui opgeleid zijn om met gevaarlijke stoffen om te gaan – verondersteld mocht worden de gevaren van PFAS te kennen. Bovendien zie je zeer grote verschillen in de mate van vervuiling van deze sites, afhankelijk van het feit of er op de site veel of weinig werd geoefend met brandschuim. Of wat dan te denken van eigenaars wiens woning of bedrijf is afgebrand en waar werd geblust met brandschuim?
Om ervoor te zorgen dat de eventuele saneringskosten voor deze sites kunnen worden gesolidariseerd, onderzoekt men de piste van een saneringsfonds. Dat klinkt eenvoudig, maar dat is het niet. Wie moet er allemaal bijdragen (de producenten, de industrie die deze producten gebruikte, andere gebruikers …) en hoeveel moeten ze dan individueel bijdragen om de sanerings- en bijbehorende kosten te kunnen dekken? Binnenkort wordt de opdracht gegeven om dat allemaal verder in kaart te brengen. Tegen eind dit jaar worden de resultaten verwacht. Voor het fonds zelf is de verwachting dat het minstens tot 2027 zal duren voor het operationeel zal zijn.
Kan hennep PFAS uit de bodem halen?
Enkele maanden geleden kwam het groot in de media: hennep kan ervoor zorgen dat PFAS uit de bodem kan worden gehaald. Uit nieuw onderzoek enkele weken bleek dat er meer PFAS in de plant konden worden opgeslagen en dat het sneller ging dan gedacht. Datzelfde onderzoek bevestigde ook dat PFAS zich centraliseren in de bladeren en niet in de stengel. Dat betekent dat wanneer je bladeren en stengel kan scheiden, de hennepstengel nog kan worden gebruikt voor andere toepassingen (zoals isolatiemateriaal of textiel). De resultaten moeten wel nog bevestigd worden.
Hoe zet Boerenbond nu in op industriële hennep?
Via het project Hennep+ onderzoekt Boerenbond of de teelt van hennep een geschikt rotatiegewas is voor landbouwers. Industriële hennep is een milieuvriendelijk, snelgroeiend gewas dat de afgelopen jaren steeds meer aandacht krijgt vanuit diverse industriële sectoren. Vooral de bouw- en maakindustrie tonen toenemende interesse in henneptoepassingen zoals isolatiemateriaal, composieten en textiel.
In Vlaanderen is de hennepteelt in 5 jaar tijd bijna vertienvoudigd: van 44 ha in 2020 naar 400 ha vorig jaar. Steeds meer landbouwers erkennen de voordelen van hennep als een duurzaam gewas dat weinig water verbruikt en geen pesticiden nodig heeft. Vooral de positieve impact op de volgteelt wordt als een groot pluspunt ervaren.
Toch zijn er uitdagingen, zoals de oogst en verwerking van hennep en de nog trage groei van de vraag naar hennepproducten, waardoor grootschalige investeringen moeilijk te verantwoorden zijn. Fytoremediatie biedt een belangrijke meerwaarde voor de hennepteelt door zowel bodemsanering als economische kansen te combineren. Dankzij hun teeltkennis kunnen landbouwers een sleutelrol spelen in het saneren van gronden, van bodemvoorbereiding tot inzaai en oogst.
Om van deze innovatieve techniek een rendabel businessmodel te maken, is samenwerking binnen de keten essentieel. Saneringsinstellingen, landbouwers, hennepverwerkers en beleidsmakers kunnen helpen om zowel de milieuwinst als de economische waarde te maximaliseren. Zo kan hennep niet alleen bijdragen aan een duurzamere landbouw, maar ook nieuwe inkomstenbronnen creëren.
Stof voor discussie
De PFAS-problematiek heeft de aanpak van nieuwe, moeilijk afbreekbare chemische stoffen op scherp gezet. Vele van die discussies zijn vandaag nog niet of onvoldoende uitgeklaard, maar ze bieden nieuwe opportuniteiten.
Het opent een belangrijk maatschappelijk debat over omgaan met risico’s. Volgens sommigen moeten we evolueren naar een zero risk-maatschappij, waarbij er geen enkele stof die potentieel een bedreiging kan vormen in ons omringend milieu mag terechtkomen, los van elke socio-economische impact. Anderen pleiten voor realisme: een maatschappij zonder risico’s, overlast of hinder komt tot stilstand. In de landbouw is een aanpak zonder gewasbeschermingsmiddelen, geur of emissies onmogelijk.
Naar zero risk-maatschappij
PFAS leiden tot heel wat discussies over verantwoordelijkheid, over hoe te saneren of te financieren. Vandaag worden PFAS vooral gezien als een bedreiging, maar tegelijk opent de problematiek ook nieuwe discussies: evolueren we naar een zero risk-maatschappij of kiezen we voor realisme?
De zoektocht naar oplossingen biedt ook nieuwe opportuniteiten: fytoremediatie blijkt een alternatief te kunnen zijn voor klassieke bodemsanering, overigens met mogelijkheden voor alternatieve landbouwverdienmodellen.
Sanering is dan niet alleen een vergoedbare ecosysteemdienst, maar landbouwers kunnen worden ingeschakeld bij de teelt van hennep op vervuilde gronden of bij andere teelten of grondbewerkingen die kunnen zorgen voor de fytoremediatie. Wordt dus ongetwijfeld vervolgd en door Boerenbond opgevolgd.

De 5%-maatregel, niet zo simpel als het lijkt
Om te peilen naar hoe onze leden-melk- en -vleesveehouders staan ten opzichte van deze zogenaamde 5%-maatregel, stuurde Boerenbond eind vorige maand een enquête uit.
Boeren maaien nog vooraleer het gras pollen kan vormen
In een recente studie wordt bemesting genoemd als de oorzaak voor meer hooikoorts. In de praktijk wordt er tijdig gemaaid of begraasd, nog voor het gras bloeit en dus pollen verspreidt.
Grachtenkaart op de lange baan geschoven
Nieuwe einddatum is 30 november 2029

"Passie voor witloof die niet te beschrijven valt" (+video)
Elke De Roos en haar man Wim De Valck zijn de vierde generatie grondwitlooftelers aan beide kanten van de familie. De passie voor het product zit dus diep in hun DNA.

Vlaams actieplatform CRCF bundelt krachten tegen klimaatopwarming
Met de oprichting van dit actieplatform wil de Vlaamse overheid de uitrol stimuleren van koolstofverwijdering in Vlaanderen.
Laat jouw stem horen voor administratieve vereenvoudiging
Vlaanderen zet in op administratieve vereenvoudiging en het verminderen van regeldruk én maakt werk van rechtszekere en robuuste vergunningen. Bezorg jouw concrete voorstellen aan Boerenbond!
Verplicht digitaal gewasbeschermingsmiddelenregister vanaf 2026
In afwachting van een aanpassing aan de Europese uitvoeringsverordening vraagt Boerenbond uitstel tot 1 januari 2030.
Wacht niet met vaccineren tegen blauwtong
De vaccinatiecampagne loopt. Volgens minister Clarinval gaven de producenten de garantie dat er voldoende dosissen beschikbaar zullen zijn om de runderen en schapen voor juni te vaccineren.