Onderzaai van gras in mais is geen evidentie op het vlak van onkruidbeheersing
Onderzaai van gras in maïs houdt in dat er gras gelijktijdig (bijvoorbeeld rietzwenkgras) met de maïs gezaaid wordt of er gras gezaaid wordt tijdens de groei van de maïs waarbij afhankelijk van het groeistadium een grassoort met meer of minder concurrentievermogen wordt gekozen. In het 4-5 bladstadium kan geopteerd worden voor bv Engels raaigras In het 8-10 bladstadium kan gedacht worden aan Italiaans raaigras omdat dan de groeiconcurrentie met de maïs minder speelt. In een aantal proeven in lichte zandgrond in het kader van LCV (Landbouwcentrum voor Voedergewassen) kon zo een lager nitraatresidu bekomen worden na de oogst. Vooral bij de gelijktidige zaai was er een duidelijk effect op het nitraatresidu. Bij latere tijdstippen van onderzaai nam het effect op nitraatresidu af. In MAP7 wordt deze techniek beschouwd als een terugverdienpraktijk waarmee een bemestingsreductie ongedaan kan gemaakt worden (bron: VLM). In Figuur 1 wordt de techniek voorgesteld en worden de kansen en beperkingen op het vlak van nitraatresidu, concurrentie naar de maïs en maïsopbrengst, onkruidbeheersing en beperkte aanbevelingen naar chemische onkruidbeheersing samengevat. Op het vlak van onkruidbeheersing en ontwikkeling van het ingezaaide gras zijn er wel heel wat beperkingen. Het Landbouwcentrum voor Voedergewassen legde al verschillende proefvelden aan op verschillende locaties in de voorbije jaren en kwam tot volgende resultaten en adviezen.
Figuur 1: Techniek van onderzaai in maïs samengevat (bron : LCV)
Onkruidbestrijding bij gelijktijdig mais en gras in zaaien
In het geval van het inzaaien van rietzwenkgras samen met maïs is het belangrijk om de dosering van dimethenamide te beperken tot 360 - 504 g/ha (bv. maximale dosering van 0.5 tot 0.7 l/ha Frontier Elite), een beperktere dosering van mesotrione van 60 g/ha toe te passen (maximale dosering van 0.6 l/ha Callisto/Lumica/Border/…) en vervolgens ook om nicosulfuron (bv. Samson) niet op te nemen in de combinatie. In 2022 (droog jaar) gaven de toegepaste combinaties bij gelijkzaai met rietzwenkgras zowel in Balegem als in Geel geen volledige onkruidbeheersing. In Geel bleven nog 5.3 planten gladvingergras/m² achter bij de combinatie 1l/ha Callisto + 1.5 l/ha Laudis + 0.5 l/ha Frontier Elite en 15 g/ha Peak. Dit was het beste resultaat in de proef op een totaal van 9 objecten. In Balegem werd het beste resultaat bekomen bij de combinatie 0.7 l/ha Frontier Elite + 1.25 l/ha Stomp Aqua + 0.6 l/ha Callisto + 250 g/ha Callam in het 3-4 bladstadium met nog beperkt overblijvende haagwinde en straatgras. De ontwikkeling van het rietzwenkgras was matig maar aanvaardbaar. In 2023 kon in Geel pas gezaaid worden op 23 mei met droge omstandigheden tot 20 juni. De toegepaste combinaties gaven een goede onkruidbeheersing maar de ontwikkeling van rietzwenkgras was verwaarloosbaar. In Moortsele werd bij de onderzaai van rietzwenkgras in 2023 (zaai 4 mei) de beste onkruidbeheersing gehaald bij de volgende twee objecten: een eerste combinatie van 0.75 l/ha Calaris + 1 l/ha Laudis OD + 0.5 /ha Frontier Elite + 15 g/ha Peak in het 3-4 bladstadium en een tweede combinatie van 1 l/ha Callisto + 1 l/ha Laudis OD + 0.5 l/ha Frontier Elite + 15 g/ha Peak in het 3-4 bladstadium. De grasontwikkeling was met Calaris in de combinatie iets minder maar nog voldoende voor de praktijk. Er werd wel minder remming op de maïs vastgesteld (bij alle objecten met inzaai rietzwenkgras een gegeven). Finaal was de ontwikkeling van rietzwenkgras begin augustus en ook na de oogst nog behoorlijk. Er moet wel opgemerkt worden dat bij deze objecten er nog respectievelijk 6.8 en 8.4% van de op dat perceel voorkomende stekelige hanepoot en 19.2% gewone hanepoot overbleef bij beide combinaties, wat overeenkomt met ca. 1 tot 1.2 planten/m². Dit leidt uiteraard op iets langere termijn tot een opbouw van de zaadvoorraad.
Er moet nog opgemerkt worden dat in de proeven uitgevoerd op de Proefhoeve Bottelare en de Hooibeekhoeve in de jaren 2015-2020 in geval van een te sterke ontwikkeling van het rietzwenkgras er een opbrengstreductie optrad bij de maïs als gevolg van concurrentie voor het aanwezige vocht. Om die reden wordt al aangeraden om een zone van 20 cm rond de maïsrij te vrijwaren van gras en onkruid).
Figuur 2: resultaat doorzaai met rietzwenkgras half juli 2023 in Balegem
Onkruidbestrijding bij onderzaai 4-6e bladstadium
Bij onderzaai met Engels raaigras in het 4-5 bladstadium moet de onkruidbestrijding in na-opkomst al vroeg toegepast worden (bv. 2-3 blad) en moet er minstens 10 dagen tussen zijn met de inzaai. Bij het inzaaien wordt ook onvermijdelijk de herbicidenfilm doorbroken wat de nawerking van de toegepaste bodemherbiciden beperkt. In 2022 gaven in Geel de combinatie 0.7 l/ha Frontier Elite + 1.5 l/ha Laudis + 0.4 l/ha Samson + 0.25 kg/ha Callam, de combinatie 0.4 l/ha Frontier Elite + 2.25 l/ha Laudis + 15 g/ha Peak en de combinatie 0.75 l/ha Calaris + 1.5 l/ha Laudis + 15 g/ha Peak in het 2-3 bladstadium een belangrijke onkruidreductie en bleef nog respectievelijk 9.3, 4 en 12% gladvingergras achter (6.3, 2.7 en 8.2 planten/m²). De grasontwikkeling was dan weer zo beperkt dat na de oogst niet kon gesproken worden van een echt gesloten zode. In 2023 in Geel (late zaai op 23 mei) bleek de combinatie van 0.5 l/ha Frontier Elite + 1.5 l/ha Laudis + 0.5 l/ha Onyx + 0.25 l/ha Callam het best te zijn naar onkruidbeheersing toe en bleek de grasontwikkeling ook vrij goed te zijn bij de beoordeling half juli. Na de oogst bleek het gras evenwel verdwenen en dit ondanks het feit dat er nadien nog voldoende neerslag viel. Precies dit laatste kan ervoor gezorgd hebben dat de bodemherbiciden te veel doorwerkten op het ingezaaide gras. In Moortsele in 2023 (vroegere zaai op 4 mei) werden bij alle objecten (behandeling op 25 mei en inzaai gras op 7 juni) goede onkruidbeheersingsresultaten verkregen. Maar bij alle objecten was de grasontwikkeling van het ingezaaide gras evenwel finaal onvoldoende en dit allicht ook voor een stuk om dezelfde redenen als in Geel. Het blijkt algemeen zeer moeilijk voor Engels raaigras om voldoende te concurreren met het maïsgewas in volle groei.
Onkruidbestrijding bij onderzaai 8-9e bladstadium
In het geval van onderzaai met Italiaans raaigras in het 8-9 bladstadium is er wel voldoende tijd tussen de onkruidbeheersing en de inzaai. Ook hier wordt de herbicidenfilm bij de inzaai doorbroken en is het moeilijk om nog voldoende grasontwikkeling te bekomen in een context van chemische onkruidbeheersing. Zo was in 2022 in Balegem de combinatie van 2.25 l/ha Laudis OD + 0.3 l/ha Samson Extra 60 OD + 0.5 l/ha Kart + 0.4 l/ha Frontier Elite wel succesvol op het onkruid maar stond er nagenoeg geen gras. De combinatie van 0.75 l/ha Calaris + 1.5 l/ha Laudis + 0.5 l/ha Frontier Elite + 15 g/ha Peak of idem met Calaris vervangen door 1 l/ha Callisto in Geel had dan weer de beste werking op gladvingergras met respectievelijk 4% en 2.7% overblijvend gladvingergras (respectievelijk 2.7 en 1.8 overblijvende planten/m²) maar ook hier was de grasontwikkeling zo goed als nihil. In 2023 in Geel resulteerde de combinatie met 0.7 l/ha Frontier Elite + 2 l/ha Focus Plus + 1 l/ha Dash + 0.6 l/ha Callisto + 0.25 l/ha Callam in het 4-5 bladstadium (na een late zaai op 23 mei) in het laagste aantal onkruiden maar het ondergezaaide gras stond wel het dunst, wat niet relevant is voor de praktijk. De iets hogere en in de tijd latere dosering van Frontier Elite (door de late zaai) gecombineerd met een korte interval t.o.v. de inzaai van slechts 10 dagen zal allicht hiervoor een verklaring zijn. Ook was het na 14 juli vrij nat wat de werking van de bodemherbiciden nog versterkte. In Moortsele in 2023 gaf het object met 0.25 l/ha Adengo in voor-opkomst gecombineerd met 2.25 l/ha Laudis OD + 0.5 l/ha Frontier Elite in het 3-4 bladstadium het beste onkruidbeheersingsresultaat van deze proef met op wat haagwinde na een volledig resultaat. De grasontwikkeling was evenwel nagenoeg nihil. Het werken met Focus-resistente maïs kan allicht een oplossing zijn. In 2022 in Balegem gaf de ingezette combinatie met 1 l/ha Focus Plus + 1 l/ha Dash + 0.7 l/ha Frontier Elite + 0.6 l/ha Callisto + 250 g/ha Callam in het 4-5 bladstadium echter een goede onkruidbeheersing maar veroorzaakte wel remming bij de maïs allicht als gevolg van de uitvloeier Dash en een marginale ontwikkeling van het gras. In 2023 in Moortsele gaf een vergelijkbare combinatie zonder Dash eveneens remming, slechte opbrengstresultaten en een marginale grasontwikkeling. In Geel werd die remming bij de maïs niet vastgesteld in 2023 maar de grasontwikkeling was ook onvoldoende.
Mechanische onkruidbestrijding?
In deze proeven werd vooral met chemische onkruidbeheersing gewerkt. Onkruid kan ook mechanisch bestreden worden. Nawerkingen van bv bodemherbiciden spelen dan geen rol in de ontwikkeling van het gras. Dit geldt echter enkel voor onderzaai. Bij gelijktijdige inzaai wordt het rgas immers samen met de mais ingezaaid en kan er niet meer gewiedegd of geschoffeld worden. De meest mogelijkheden zijn er bij onderzaai in 8-9e bladstadium. Er kan dan mechanisch gewerkt worden tot het zaaitijdstip van het gras bereikt is.
Samenvattende conclusies en bedenkingen :
1) Er kan gesteld worden dat de techniek van onderzaai van gras in maïs geen optie is in het geval van een hoge onkruiddruk of aanwezigheid van echte probleemonkruiden zoals glad vingergras, doornappel of knolcyperus. Dan moet er gekozen worden voor een maximale aanpak van de onkruiden. Enerzijds om verdere verspreiding of opbouw van een zaadvoorraad te voorkomen, anderzijds ook omwille van de regelmenteringen. 2) In het geval van chemische onkruidbeheersing blijkt de grasontwikkeling bij inzaai in het 4-5 of 8-9 bladstadium in de regel ondermaats als gevolg van een combinatie van factoren zoals droogte of nawerking herbicide i.g.v. een natte zomer.
3) Door het verminderen van de dosering van bodemherbiciden (o.a. bij gelijkzaai van rietzwenkgras) en/of het doorbreken van de herbicidenfilm bij onderzaai in het 4-5 of 8-9 bladstadium is de nawerking op laat kiemende ongewenste onkruiden zoals doornappel maar ook gierstgrassen e.a. vaak onvoldoende met onvermijdelijk een opbouw van de zaadvoorraad en meer problemen qua onkruidbeheersing in de volgende jaren. Dit kan toch niet de bedoeling zijn en is problematisch in de rotatie i.g.v. doornappel.
4) Een volledig mechanische onkruidbeheersing kan een stuk de impact van herbiciden op het ingezaaide gras vermijden maar kan op het vlak van overblijvende laatkiemende ongewenste onkruiden dezelfde problematiek geven als in 3). Het gras maakt iets meer kans op een betere ontwikkeling in nattere zomers. Mechanische onkruidbestrijding kan niet bij gelijktijdige zaai.
5) Uit de proeven blijkt dat de grasontwikkeling in droge omstandigheden vaak minimaal is waardoor de effecten gericht op een lager nitraatresidu allicht overschat worden.
Het lijkt vanuit praktijkoogpunt meer aangewezen om systematisch te opteren voor tijdige inzaai van maïs waarbij gekozen wordt voor vroege tot halfvroege rassen zodat een tijdige inzaai van een groenbedekker na de oogst van de maïs veel meer kansen op slagen biedt.
Bron: Landbouwcentrum Voedergewassen vzw
Boeren maaien nog vooraleer het gras pollen kan vormen
In een recente studie wordt bemesting genoemd als de oorzaak voor meer hooikoorts. In de praktijk wordt er tijdig gemaaid of begraasd, nog voor het gras bloeit en dus pollen verspreidt.
Code geel voor waterschaarste
Gelet op het droge weer en de beperkte verwachte neerslag voert de CIW Adviesgroep Droogte code geel in.

Grachtenkaart op de lange baan geschoven
Nieuwe einddatum is 30 november 2029

Passie voor witloof die niet te beschrijven valt
Elke De Roos en haar man Wim De Valck zijn de vierde generatie grondwitlooftelers aan beide kanten van de familie. De passie voor het product zit dus diep in hun DNA.

Vlaams actieplatform CRCF bundelt krachten tegen klimaatopwarming
Met de oprichting van dit actieplatform wil de Vlaamse overheid de uitrol stimuleren van koolstofverwijdering in Vlaanderen.
Laat jouw stem horen voor administratieve vereenvoudiging
Vlaanderen zet in op administratieve vereenvoudiging en het verminderen van regeldruk én maakt werk van rechtszekere en robuuste vergunningen. Bezorg jouw concrete voorstellen aan Boerenbond!
Verplicht digitaal gewasbeschermingsmiddelenregister vanaf 2026
In afwachting van een aanpassing aan de Europese uitvoeringsverordening vraagt Boerenbond uitstel tot 1 januari 2030.
Wacht niet met vaccineren tegen blauwtong
De vaccinatiecampagne loopt. Volgens minister Clarinval gaven de producenten de garantie dat er voldoende dosissen beschikbaar zullen zijn om de runderen en schapen voor juni te vaccineren.